Basisbegrip 24: Redenen evalueren

Zoals we allemaal weten kan een reden goed of slecht zijn, of beter of slechter. Een reden evalueren is gewoon een kwestie van bepalen hoe goed of slecht deze is. We bespreken hier in het kort wanneer een reden goed is, en hoe je dit kunt vaststellen.

Een reden is een geheel van beweringen die een bewijs vormen voor een stelling. De meest voorkomende beeldspraak die we gebruiken om die verhouding te beschrijven is die van de ondersteuning: een reden ondersteunt een stelling. Als we die beeldspraak vasthouden, kunnen we zeggen dat een goede reden een stelling in een sterke mate ondersteunt. Dus:


Een reden evalueren betekent beslissen in welke mate die reden de stelling ondersteunt.


Waarheid en relevantie

Om een stelling te ondersteunen moet een reden aan twee fundamentele eisen voldoen. Allereerst moeten de premissen van de reden waar zijn. Ten tweede moeten ze relevant zijn voor de stelling. Neem de volgende stelling: 


Zowel in Turkije als in Syrië hebben ze McDonald’s, dus die twee landen zullen nooit met elkaar in oorlog raken.




Figuur 2.25



In deze korte redenering wordt een nogal verrassende reden aangevoerd om te denken dat Turkije en Syrië nooit met elkaar in oorlog zullen raken. Uiteraard zou de opgegeven reden geen waarde hebben als ze niet in beide landen McDonald’s hadden. Maar al is dat wel het geval, dan is er toch nog meer nodig. Want wat is het verband tussen McDonald’s hebben en oorlog voeren? De als bewijs aangedragen informatie moet op een bepaalde manier relevant zijn voor de bewering in de stelling. In dit geval is die relevantie in het geheel niet duidelijk.


Hoe sterk is een reden?

Uit het bovenstaande komt naar voren dat twee aspecten een rol spelen bij de vraag hoe sterk een reden is. Dat is een functie van de mate van vertrouwen die iemand stelt in het waarheidsgehalte van de premissen, en de mate van relevantie die die premissen hebben met betrekking tot de stelling. Of, kort gezegd:


een sterke reden = waarheid + relevantie


Derhalve kunnen we het evaluatieproces opdelen in drie stappen:

1. Evalueer het waarheidsgehalte van de premissen. Ga in het licht van alle relevante overwegingen na hoeveel vertrouwen je erin hebt dat de premissen waar zijn. Zie voor meer informatie het Basisbegrip Beweringen evalueren. Als je ontdekt dat een of meer premissen niet waar zijn, kun je direct ophouden, aangezien de reden dan op dat punt al niet aan een van de eisen voldoet. Zo niet:

2. Evalueer de relevantie voor de stelling. Ga na in welke mate de informatie uit de premissen het waarschijnlijker maakt dat de stelling waar is. Een handige, algemeen toepasbare techniek daarvoor is de scenariotest: de premissen zijn relevanter naarmate het lastiger wordt om een plausibel scenario te bedenken waarin de premissen wel waar zijn, maar de stelling niet.

3. Evalueer hoe sterk de reden is. Combineer je oordeel bij stap 1 en 2 voor een algemene evaluatie van de reden.


Mate van sterkte

Niet alle redenen zijn even sterk: sommige bieden geen enkele ondersteuning voor een stelling, terwijl andere deze juist bewijzen. Tussen die twee uitersten liggen oneindig veel gradaties. Het is mogelijk om die door middel van cijfers aan te geven; van 0 tot en met 1, van 0 tot en met 10 en van 0 tot en met 100 zijn daar in het verleden allemaal voor gebruikt. Maar voor praktische doeleinden is een kwalitatieve schaalverdeling het meest geschikt. Daarbij is een reden waardeloos, zwak, sterk, heel sterk of beslissend.


Zie ook: Basisbegrip Reden